Thoth en de leermeesters van Egypte

Als je aan Egyptische leermeesters denkt, denk je al snel aan Thoth. Leermeesters hebben een nauwe connectie met Thoth, de god van de wijsheid. Thoth wordt zelf soms als leermeester beschouwd. In de laatste eeuwen van het oude Egypte heerste het idee dat Thoth alle kennis die de mensheid nodig heeft in een boek had opgeschreven. Wat bedoelden de Egyptenaren daarmee? Waren er mensen die dit boek kenden?
Schrijvers
Thoth was al vanaf de vroegste tijden geliefd. Omdat de Egyptenaren ervan overtuigd waren dat de hiërogliefen goddelijke wijsheid bezaten, waren ook de hiërogliefen aan hem gewijd. Thoth was daarom de patroon van de schrijvers.
Met schrijvers bedoelden de Egyptenaren in deze context niet de ambtenaren die alledaagse dingen noteerden zoals de opbrengst van de graanoogst of de inhoud van de voorraadkamers, maar wijze mensen. Zij zouden inzicht hebben in de krachten in de natuur en in de mens. Zij schreven de wijsheidsteksten, bedachten de mythen en ontwierpen de kunstwerken van Egypte.

Iconen van wijsheid
Thoth is niet een persoon. Thoth is de verbeelding van wijsheid en kan alleen tot uitdrukking komen als iemand wijsheid heeft ontwikkeld. Veel Egyptenaren droegen Thoth in hun naam. Thoetmoses bijvoorbeeld (Thothmoses). Zijn naam betekent ‘Thoth is geboren’. Het weerspiegelt het idee dat je wijsheid kan ontwikkelen en als Thoth kan zijn. Het hoeft natuurlijk niet te betekenen dat iemand die Thoth in zijn naam draagt ook echt wijs is, maar het geeft aan dat de Egyptenaren deze eigenschap belangrijk vonden.
Tegenwoordig vormen sporters, pop- en filmsterren de iconen van veel mensen. In een land als Egypte waren wijze mensen de inspirerende voorbeelden. Grote Wijzen met bijzondere eigenschappen werden eeuwenlang bewonderd. Een tekst uit het Nieuwe Rijk geeft een opsomming van wijze Egyptenaren die leefden in een periode van vele eeuwen voor die tijd. Ptahhotep en Imhotep bijvoorbeeld. Niemand was aan hen gelijk, zo vertelt de tekst.[1] Zij leefden in het Oude Rijk en waren ten tijde van het Nieuwe Rijk nog altijd zeer bekend. Imhotep bleef zelfs zeer geliefd tot en met de Griekse tijd. Bijna drieduizend jaar lang!
Imhotep en Ptahhotep
Imhotep kwam volgens de overlevering uit een eenvoudig milieu. Hij was architect, wetenschapper en arts. Hij bouwde onder andere de trappenpiramide van Djoser. Hij stond bekend om zijn buitengewone inzichten en talenten. Door zijn universele wijsheid werd hij met Thoth geassocieerd en door zijn kennis van de geneeskunst was hij het voorbeeld voor artsen. Imhotep werd vaak met een papyrusrol op zijn schoot weergegeven als symbool voor zijn kennis en wijsheid (afbeelding 2).
Ook andere Egyptenaren lieten zich graag afbeelden met een papyrusrol, de zogenoemde schrijversbeelden (afbeelding 3). Meestal wordt als uitleg gegeven dat zij zich zo lieten afbeelden om hun sociale status te verhogen, maar het ligt meer voor de hand dat dit oorspronkelijk meer een symbool van wijsheid was. Een schrijver zijn werd een uitdrukking voor wijs zijn.
Ook Ptahhotep was een wijze Egyptenaar. Met zijn inzichten inspireerde hij heel veel mensen. Van hem zijn nog enkele geschriften bewaard gebleven. Hoewel we geen teksten meer hebben uit de tijd waarin hij leefde, zijn er wel exemplaren gevonden uit een latere tijd. Zijn wijsheidsteksten werden namelijk steeds opnieuw overgeschreven.
Deze mensen waren de leermeesters van Egypte. Zij zetten hun wijsheid en talenten belangeloos in voor alle mensen.


Tempelscholen
Onderwijs werd gegeven in de per Anch, het levenshuis. Deze bevond zich op het tempelterrein. Tempels waren, anders dan in onze tijd, centra voor wetenschap, religie en kunst. Er werden teksten bestudeerd uit alle takken van de wetenschap als astronomie, wiskunde, geschiedenis, geneeskunde en literatuur. Jonge Egyptenaren konden daar ook hiërogliefen leren. Er werd geoefend op brokken kalksteen of potscherven. Eén van de schoolteksten die vaak werd gebruikt als oefentekst is gericht aan Thoth. De tekst vertelt dat je de wijsheid van Thoth kan vinden door stil te worden en je niet te laten afleiden door woelige gedachten en onstuimige emoties. Wanneer je je dan naar binnen richt, opent zich deze bron van wijsheid.[2]
Voor een belangrijk deel werden in de per Anch wijsheidsteksten, dodenboeken en andere mythologische teksten bestudeerd.


Verhulde wijsheid
Wijsheidsteksten gaan over rechtvaardigheid, over hoe je met anderen omgaat en over welke karaktereigenschappen goed zijn om te ontwikkelen. Ze gaan over de ethische kant van het leven. Deze teksten zijn altijd in heldere woorden geschreven. Iedereen kan deze teksten begrijpen. Maar er was ook nog een ander soort kennis, een diepere kennis, kennis die verborgen lag in mythen en symbolen.
Maar waarom hulden de Egyptenaren een deel van hun kennis in symboliek? Waarom vertellen zij niet álles in duidelijke, concrete woorden?
Voor een deel heeft dit te maken met dat sommige ideeën niet goed zijn weer te geven. Niemand kan bijvoorbeeld een onzichtbaar grenzeloos veld van levende energie, van oneindig bewustzijn uitbeelden. Je kan het ook niet goed omschrijven. Dit kan alleen door middel van symbolen worden weergegeven.
Een andere reden is om niet alleen het intellect, het analytisch vermogen, aan te spreken, maar iets dat daar bovenuit stijgt. Het was de bedoeling de intuïtie te oefenen en de wijsheid van het hart te ontplooien.
Een derde reden om symbolen te gebruiken is omdat taal erg veranderlijk is. Binnen een paar jaar kan een betekenis van een woord zijn veranderd. De tekst kan daardoor zo onbegrijpelijk worden of zelfs een tegenstelde betekenis krijgen dat het geen wijsheid meer bevat. Symbolen daarentegen, zijn hier beter tegen bestand. Symbolen en mythen zijn zo vreemd dat ze bijna niet letterlijk genomen kunnen worden. Daardoor ga je vanzelf op zoek naar de diepere inhoud.

Lesmateriaal
Symbolen verhullen hun betekenis. Tegelijkertijd onthullen zij hun inhoud. Symbolen herbergen meerdere lagen. Daardoor nodigen ze uit om steeds dieper te kijken, om telkens nieuwe betekenislagen te ontdekken. Zo kon je langzaam maar zeker steeds meer de verborgen mysteries van het leven verkennen.
Niet alleen herbergen symbolen meerdere lagen, maar ook gebruikten de Egyptenaren voor hetzelfde idee meerdere symbolen. Zo hadden zij bijvoorbeeld alleen al voor de zonnegod tientallen symbolen, variërend van een ronde schijf, een valk, een kind, een gans, een kever, een reiger, een ram, een vis, een slang tot vele andere representaties. Zo kon je er steeds op andere manieren naar kijken en bleef je openstaan voor de diepere ideeën daarachter, zonder verstrikt te raken in de uiterlijke vorm. Symbolen sporen aan een open blik te houden en voorkomen daarmee het ontstaan van vastgeroeste en beperkte ideeën. Deze speelse en flexibele manier van benaderen bood de juiste voedingsbodem voor de intuïtie.
Egyptische wijzen verwerkten deze symbolen in beelden en sieraden, in architectuur en schilderingen en in mythen. Veel Egyptenaren konden niet lezen en schrijven, maar de mythen werden doorverteld. Het lesmateriaal uit het boek van Thoth ligt verborgen in verhalen die iedereen kende en in beelden die iedereen ziet, maar die we nog niet helemaal doorgronden.
Geheime kennis
Symbolen beschermen ook tegen misbruik. Egyptische teksten spreken over geheime kennis, over kennis die ’gewone mensen nog niet mogen weten’.[3] Waarom mochten gewone mensen dit nog niet weten? Wat verstonden de Egyptenaren eigenlijk onder ‘gewone mensen’? Heeft dit betrekking op het beroep of de sociale afkomst of de maatschappelijke positie van iemand? Kregen alleen mensen met sociaal aanzien toegang tot deze diepere kennis?
Integendeel. De Egyptenaren betrokken de term ‘gewone mensen’ in mythische teksten op het karakter en het ontwikkelde bewustzijn van mensen, niet op roem, rijkdom of afkomst. De Egyptenaren maakten onderscheid tussen ‘gewone mensen’, ‘edele mensen’ en ‘zonnemensen’.[4]
Kievit
Gewone mensen werden gesymboliseerd door kieviten. De Egyptenaren kozen hun symbolen nooit zomaar. Als we kijken naar het specifieke gedrag van kieviten, krijgen we een idee over wat de Egyptenaren verstonden onder gewone mensen. Kieviten rennen kriskras over de graslanden en zijn daarmee druk in de weer. Soms vliegen zij even op, maar nooit lang en nooit hoog. Op deze vluchtige momenten vliegen zij in wilde, hoekige patronen en houden daarbij hun blik steeds gericht op de aarde. Daar ligt hun interesse.
Dit maakt deze vogels heel geschikte symbolen voor mensen die zich voornamelijk bezig houden met aardse, materiele zaken. Ze hebben vleugels, maar verheffen zich nog niet naar hoge hemelse sferen. Om deze symboliek nog eens te benadrukken, beeldden de Egyptenaren de kievit regelmatig uit met over elkaar geslagen vleugels, zodat ze helemaal niet kunnen vliegen (afb. 8).

Edele mensen
Egyptische mythen geven aan dat gemiddelde mensen nog niet altijd liefdevol en rechtvaardig handelen. Zij laten zich soms leiden door hun hoger zelf en soms door hun ego. Ze zijn soms altruïstisch en soms egoïstisch.
Edele mensen zijn mensen die een edel en zuiver karakter hebben ontwikkeld, mensen die rechtvaardig, liefdevol, genereus, eerlijk en oprecht zijn. Zij ondersteunen anderen en leven volgens de ethische wetten van de natuur, volgens Waarheid en Rechtvaardigheid, in harmonie met alle levende wezens. Dit zijn mensen die naar hun hart, hun innerlijke god luisteren. Edele mensen konden heel goed, net als Imhotep, uit een eenvoudig gezin komen.
Met zonnemensen werd naar alle waarschijnlijkheid mensen bedoeld die zich nog meer hebben verenigd met hun zuivere, innerlijke kern, met de zonnegod.


Mysteriën
Het idee dat wijze leermeesters hun diepere kennis, onder strikte geheimhouding, alleen doorgaven aan mensen met een mooi, zuiver en edel karakter, is in veel grote culturen te vinden. In de Griekse tijd was het algemeen bekend dat ingewijden in de mysteriën hun kennis niet bekend mochten maken. Zo bleven de meest verreikende mysteries verborgen voor mensen die deze zouden kunnen misbruiken en werden gegeven aan mensen die het gebruikten ten goede voor iedereen.
Verlicht
Alle mensen werden aangespoord om rechtvaardig en liefdevol te zijn. Edele mensen konden meer onderwijs krijgen. Zij werden geholpen sneller wijsheid te ontwikkelen met als doel om beter bij te kunnen dragen aan de harmonieuze groei, de vrede en het welzijn in de wereld, om ‘strijd in en tussen mensen te laten verdwijnen,’ zoals Ptahhotep aangeeft.[6]
In mythische teksten, zoals het dodenboek, komt naar voren dat de Egyptenaar een Ach wil worden. Hij of zij wil naar de hoogste goddelijke gebieden kunnen gaan om inzichten op te doen en deze weer terug te brengen naar de mensen.
Een Ach is een hoog spiritueel wezensdeel van de mens. Iemand die zich heeft vereenzelvigd met zijn Ach, en een Ach is geworden, is als Thoth. Ach komt van een woord dat ‘verlicht’ betekent. Tegelijkertijd betekent het ook ‘weldadig’ – goed, wijs en liefdevol – handelen. Het betekent zo te handelen dat het iedereen ten goede komt.


In afbeelding 1 staat Nefertari oog in oog met Thoth. Voor haar staat een tafel met een waterpot en een schrijfpalet. Nefertari wil kunnen schrijven met het palet van Thoth om Maät te doen, zegt de begeleidende tekst. Zij wil als Thoth zijn. De inkt waarmee zij wil schrijven is geen gewone inkt, maar bestaat uit het levende water dat uit Osiris stroomt, vertelt de tekst verder.[7] Met andere woorden: zij wil kunnen inspireren met de wijsheid die uit de innerlijke god (Osiris) stroomt. Zo kan zij beter bijdragen aan de harmonie, de waarheid en de rechtvaardigheid (Maät) op aarde.

De belofte
In de inscriptie op de obelisk van Hatsjepsoet is hetzelfde idee te vinden. Hatsjepsoet vertelt dat zij naar ‘het geheim van het begin’ is gegaan en kennis maakte met de weldadige macht van Amon. Zij zegt dat zij niet vergeten is wat Amon – haar diepste kern – haar opdroeg. In alles wat zij deed volgde ze steeds zijn aanwijzingen die ze ‘in haar hart begreep’. Zij ‘is Horus geworden,’ vertelt zij, ‘om gewone mensen en edele mensen te beschermen.’[8]
Zij heeft zich ontwikkeld tot Horus, haar hogere zelf, om nog beter dienstbaar te kunnen zijn aan iedereen, aan gewone mensen en edele mensen; om zich in te zetten ‘voor het welzijn van iedereen.’[9]
Herkenning
‘Een wijs mens is een school voor edele mensen,’ staat er in de wijsheidstekst voor Merikare.[10] Maar hoe herken je een wijs leermeester? Je kan alleen iets herkennen als je er ook al zelf iets van hebt ontwikkeld. Als je zelf al enige wijsheid en edele karakteristieken hebt ontwikkeld, dan kan je deze ook in anderen herkennen.
Aan de vruchten herken je de boom. Ptahhotep zegt:
‘Een wijs mens staat bekend om zijn wijsheid. Een groot mens om zijn goede daden.’ [11]
Deze is zelf een voorbeeld van een edel mens:
‘ Zijn hart komt overeen met zijn tong. Zijn lippen zijn oprecht wanneer hij spreekt. Hij heeft ogen die zien. Zijn oren zijn gemaakt om te horen wat zijn zoon nodig heeft. Hij handelt steeds in waarheid en is vrij van valsheid.’ [12]
Natuurlijke leermeesters
Leermeesters zijn heel natuurlijk. Wijze leermeesters, Thoths, zijn nog zeldzaam, maar iedereen is een leermeester op zijn eigen niveau. We zijn elkaars leermeesters en elkaars leerlingen en niemand weet en kan alles. Ptahhotep zegt:
‘Wees niet trots op je kennis.
Vraag raad bij de onwetende en de wijze.
De grenzen van kunst zijn niet bereikt.
Geen vaardigheid van een kunstenaar is perfect.
Goede spraak is meer verborgen dan groene steen.
Toch kan het gevonden worden tussen de dienstmeiden bij de maalstenen.’[13]
Je hoeft niet te wachten tot je als Thoth geworden bent. Er is altijd iemand die jouw kennis, jouw talenten en jouw inzichten nodig heeft.


Noten
[1] De onsterfelijkheid van schrijvers. Papyrus Chester Beatty. IV. In: Lichtheim 1976 vol. II, 175-178.
[2] Oproep aan Thoth. In: Lichtheim 1976 vol. II, 114.
[3] Dodenboek 161, 162. En: De onsterfelijkheid van schrijvers. Papyrus Chester Beatty. IV, in Lichtheim 1976 vol. II ,175-178.
[4] De Grote Hymne aan Osiris. In: Lichtheim 1976, vol. II, 84-86.
[5] Wijsheidstekst van Ptahhotep, vs 5. In: Lichtheim 1973 vol I, 64.
[6] Wijsheidstekst van Ptahhotep. In: Lichtheim 1973 vol I, 63.
[7] Graf van Nefertari. En dodenboek 94.
[8] Inscriptie op de basis van de obelisk Hatsjepsoet. In Lichtheim 1976 vol. II, 26, 27.
[9] Inscriptie op de basis van de obelisk Hatsjepsoet. In Lichtheim 1976 vol. II, 26, 27.
[10] Wijsheidstekst voor Merikare. In: Lichtheim 1973 vol I, 99.
[11] Wijsheidstekst van Ptahhotep. In: Lichtheim 1973 vol. I, 73.
[12] Wijsheidstekst van Ptahhotep. In: Lichtheim 1973 vol. I, 73.
[13] Wijsheidstekst van Ptahhotep. In: Lichtheim 1973 vol I, 63.
